maandag 3 december 2012

Vergeten



Ik ben iets vergeten, maar wat?

Misschien heb ik het ingepakt. Kan ik het gewoon niet meer vinden omdat tussen alle cadeaus dit kleine dingetje niet meer opvalt. Misschien heb ik het in een gedicht vermeld, maar ben ik vergeten de tastbare vorm te kopen. Of misschien heb ik het wel gekocht en staat het te midden van huisraad gewoon in het zicht, terwijl het pakpapier, plakband (heden ten dagen noemen we dat tape) en linten mijn aankoop aan het oog onttrekt.

 Sinterklaas, de toch wat bizar uitgedoste kindervriend. Wat een prachtig feest is het toch. De brave kinderen (wat dat ook moge zijn), die vol overtuiging hun liedjes zingen rond de schoorsteen, of iets wat daar voor door kan gaan in onze ‘moderne’ tijden. Kinderschoenen met daarin kindertekeningen, die omzichtig het veld moeten ruimen in ruil voor snoep en kleine presentjes. Volstrekt onleesbare verlanglijstjes met verwijzingen naar de pagina in de brochure van de speelgoedwinkel, in de hoop dat Sinterklaas dan met zekerheid in staat is het gewenste cadeau te vinden. Als ouder kijk je het soms met een brok in je keel aan. Zoveel vertrouwen, zoveel geloof, zoveel opwinding, zoveel oprechtheid.

Maar de kinders  groeien, worden groot en vertellen je met  opgeheven hoofd dat ze ontdekt hebben dat dit mysterie een groot geheim met zich meedraagt. Een volwassen wereld heeft hen jarenlang plezier bezorgd en nu is het (ook) aan hen om dit geheim te bewaren en bewaken, voor hun jongere broertjes en zusjes, neefjes en nichtjes en de kinderen uit de lagere groepen op school.

Dan komt de tijd van de surprises en daarmee van de ouders, juffen en een enkele meester op school die hen wijzen op het belang van een ‘goede’ surprise. Deze mag niet meer bevatten dan de cadeaus die gekocht zijn binnen het afgemeten budget, moet voorzien zijn van een gedicht van tenminste enige omvang en dient behalve ingepakt, ook te zijn vormgegeven. De eisen zijn niet mis en menig ouder moet dus flink aan de slag om het kind te helpen daarin te voorzien.

Zo overkwam het mij dat ik kreeg uitgemeten dat mijn surprise toch echt een onvoldoende werkstuk was. Ik herinner mij dat het meeste tijd ging zitten in het vinden van alle producten van de verlanglijst die aan dit cadeau hing. De eerste 7 uur ‘arbeid’ waren daarmee wel verstreken en er bleef wat minder tijd over om de vormgeving te voltooien. Jammer genoeg bleek dat nu juist het ijkpunt van mijn inspanningen.

En nu besef ik dat ik iets ben vergeten. Het gaat om de essentie. Die is ineens zoek. Het kinderfeest is een feest geworden wat door ons volwassenen wordt omgeven met ‘een reeks kerndoelen, die de psycho- sociale waarde van de wijze van inpakken van het gekochte product omkleden met de belangrijkste voorwaarden van marketing en consumentenmanipulatie’. De surprise werd een reclamefolder die moest aanzetten tot likkebaarden. Aan de verpakking kun je zien met wie je te maken had. Kreeg je een mooi  verpakte surprise dan had je te maken met een lieve gever, die lang en zorgvuldig aan je had gedacht. Kreeg je een cadeau van je wenslijstje, dan had de gulle gever zich er met een Jantje van Leiden van afgemaakt.

Volwassenen vieren ook Sinterklaas. Onder elkaar, met surprises. Hier gelden dezelfde wetten. Het budget, de wijze van inpakken, en het gedicht zijn beladen met verwachtingen. Onderlinge vaak onuitgesproken ‘wetten’ hieromtrent blijken het diepste van de ziel te beschadigen als ze niet worden nageleefd. Volwassenen hebben hier vaak meer moeite mee dan kinderen.  

Maar hoe zat het ook alweer? Een feest voor kinderen, dat de middelen biedt om zaken als (te hoge) verwachtingen, lang gekoesterde wensen, (uitgestelde) aandacht en - behoeftebevrediging, financiële beperkingen, winkelsluitingstijden(?) etc. door kinderen spelenderwijs te laten ontdekken.  De vreugde om je verwend te voelen en de teleurstelling als je minder kreeg dan je hoopte.  

Daar valt lering uit te trekken. Misschien begint het echte werk pas ná Sinterklaas.


Ik ben iets vergeten. Maar wat?

maandag 12 november 2012

Veilig






Zojuist even de dagelijkse boodschappen gehaald. Bij de winkelier met de bonus-kaart. Goede naam in deze tijden. Een bonus brengt u voordeel. Een bonus is dus goed. Weet u het nog? Anders Moberg kostte bij vertrek bij Ahold in 2007, ongeveer 7 miljoen euro. Ruim drie miljoen euro bedroeg  zijn ontslagvergoeding, naast 2.6 miljoen euro aan bonus. Zou Anders Moberg ook heel goed geweest zijn. Zo’n bonus krijg je toch niet zomaar.

Even aansluiten bij één van de kassarijen. Een dame legt haar boodschappen van de loopband in haar mandje. Ze verhuist naar de kassa ernaast. ‘Alleen pinnen’ prijkt boven haar hoofd. Vóór mij nog een heer. De kassamedewerkster vraagt of hij gezien heeft dat bij deze kassa alleen pinbetalingen mogelijk zijn. Hij knikt. Ik besluit mij nader te informeren.

“Weet u dat bij deze kassa alleen met pin betaald kan worden meneer?" Ik knik en vraag: “Waarom is dat eigenlijk?”. “We doen dat voor de veiligheid.. en voor de snelheid", antwoordt het meisje. Achter mij staat een heer met een tros bananen. “Kan ik hier niet met gepast geld betalen bedoelt U? … Snotverdorie zeg!.. “  De man baant zich een weg terug langs de mensen die inmiddels post hebben gevat achter hem.

Voor de veiligheid dus. Ik twijfel nog even om te vragen of ze onlangs zijn overvallen, maar begrijp op voorhand dat deze medewerkster, hoe vriendelijk ik haar ook vind, mij het antwoord schuldig zal blijven. Ik besluit haar niet lastig te vallen met meer vragen en betaal, met pinpas. “Wilt u het bonnetje?”

“Nee dank u, niet nodig.”

Ik ken de prijzen van mijn gekochte artikelen en ik ben goed van vertrouwen.


Zolang de veiligheid in Nederland hand over hand toeneemt bekruipt mij echter wel het gevoel dat ik moet gaan oppassen. Er dreigt iets. Deze keer had ik geluk, dankzij de veiligheid in de supermarkt, maar nu ik erover na ga denken wordt ik toch maar wat voorzichtiger. Schichtig loop ik naar huis. Wordt ik nu achtervolgd?

Ik vlieg zelden, maar als ik in een aanbieding een parachute op de kop kan tikken…. Je weet maar nooit.

Las ik niet in de krant dat ABN AMRO een nieuwe pas ging invoeren? Achteloos langs de scanner halen en hóp, ál betaald! Handig en veilig.

Om wiens veiligheid gaat het hier eigenlijk?


 … en de snelheid … ?

 … Ik ben benieuwd of de man met de bananen vanaf vandaag óók een pinpas op zak draagt. Je wil natuurlijk niet elke dag te kakken worden gezet omdat je geen pinpas hebt.  De winkelketen die u erop attendeert op de kleintjes te blijven letten, vraagt u gul te zijn met uw betalingen.

En de volgende keer vraag ik een bonnetje. Het gevaar loert overal.

 

vrijdag 2 november 2012

Eerlijk




Het lukt me nauwelijks een glimlach te onderdrukken. Als opgewonden kleuters trekt men stampvoetend ten strijde.  

Hoogstwaarschijnlijk heeft niemand van hen nog géén flatscreen tv; hebben velen geen idee van het aantal euro’s  wat maandelijks in de supermarkt achter blijft; gaat de yoghurt met een houdbaarheidsdatum tot gisteren, ongeopend de vuilnisbak in; rijden zij een auto die tenminste 15.000 euro heeft gekost; heeft het overgrote deel een tweede auto; een tweede, of zelfs derde vakantie; een wasdroger en een afwasmachine; een droomkeuken;  een computer én een laptop; een tablet en een spiegelreflexcamera waarvan de mogelijkheden hen enigszins ontgaan. Maar daar gaat het ook niet om. ’n Hebbedingetje.

 Waar het mogelijk wel om gaat is dat men, door de tijdgeest is opgejaagd om een spaarplan, een hypotheek (aflossingsvrij) en andere schulden aan te gaan, waardoor het een behoorlijk spannende onderneming wordt om op kleinere voet te gaan leven. De schuldeisers staan dat misschien helemaal niet toe.

En nu zijn ze boos. Het is niet eerlijk!

Niet eerlijk?
 

Het is voor mensen “die echt iets van hun leven willen maken” heel jammer zegt Jarico Vos (JOVD), maar is het niet zo dat veel van ‘die mensen’ (waaraan hij refereert) gewoon in een gespreid bedje zijn geboren? Sinds de 80er jaren kan ik me geen crisis meer heugen.

Jarico, ik zou je het volgende willen vragen. Denk je niet, nu de tegenslag een feit is, dat nu pas kan gaan blijken wie er in staat is zelf echt iets van zijn leven te maken.

De oplossing is niet voor de hand liggend, maar eist dat men gaat nadenken over de auto, de vakantie, de boodschappen en de afwas ... én over zelf afgesloten leningen, de moraal van de financiële wereld, fossiele brandstoffen, vervuiling en (voedsel-)verspilling, kinderarbeid, uitbuiting, graaiende 'managers', de eigen ecologische voetafdruk etc. etc. ...

Eerlijk? Waar dan?

Ik nodig een ieder uit om eens buiten te komen spelen.

woensdag 10 oktober 2012

Kramp



Het begint op te vallen. Als door een reflex wordt het brein aangespoord te gaan rekenen. Vanmorgen twee pleidooien in de krant. "In deze zaak zijn excuses zeker gepast." "Slachtoffers willen vooral erkenning".

Excuses zorgen ervoor dat een slachtoffer verder kan. Maar de verantwoordelijken slaan aan het rekenen. Snel wordt er becijferd wat de financiële consequenties kunnen zijn van een excuus. Is het bedrag te groot, of het risico te hoog, dan wordt er medeleven en begrip geuit, maar geen excuus.

Tweemaal een bericht in de krant dus vanmorgen. Eenmaal in het kader van misbruik (Jan van Dijk, hoogleraar slachtofferkunde aan de Universiteit Tilburg) en eenmaal over het verband tussen excuses en claims. Arno Akkermans, hoogleraar privaatrecht aan de Vrije Universiteit concludeerde dat getroffenen meestal helemaal geen financiële genoegdoening zoeken. Vaak wordt er pas geprocedeerd wanneer keer op keer de excuses uitblijven, waardoor mensen een pijnlijke zaak niet kunnen afronden.

'Sorry' zeggen lijkt moeilijk te zijn geworden. En degene die dit eenvoudige woord niet uit de strot gewrongen krijgt, wordt met elke zin die zijn zwijgen met argumenten omkleedt ongeloofwaardiger. Of je nou een zorginstelling, woordvoerder van een partij die stuurloos ronddwarrelt, een multinational die andermans grondgebied vervuild, of lid van een hockeyclub bent, wat mij betreft zou je je kapot moeten schamen als je meent dat je diegenen die op jouw excuus wachten het bos in kan sturen, omdat je niet het lef hebt je verantwoordelijkheid te dragen.

Maar nee, er wordt gerekend en berekend. Komt de winst niet in het geding, halen we de investeringen eruit, wat is het risico van claims en zullen de aandeelhouders niet klagen? Wie is de partij die we tegenover ons vinden? Kunnen we deze negeren, of het zwijgen opleggen. Of erger!

Het is niet zo moeilijk om ons zaken voor de geest te halen die in dit plaatje passen, zaken vér buiten onze landsgrenzen. Maar hier in Nederland lijken we heel goed in staat om in dezelfde kramp te schieten.